Herhaling vluchtmisdrijf

Contacteer Ons Vrijblijvend

Herhaling van vluchtmisdrijf


BOETE VOOR VLUCHTMISDRIJF: TERMIJN EN HERHALING

Zoals bij andere herhalingen zal uw boete stijgen wanneer u binnen een korte termijn opnieuw in de fout gaat. Daarnaast zal ook het rijverbod groter worden.

Boetes voor herhaling van vluchtmisdrijf.

Pleegt u binnen de drie jaar opnieuw vluchtmisdrijf. Dan kan u mogelijk onderstaande straffen krijgen.

een gevangenisstraf van 1 maand tot 4 jaar

een geldboete van 3.200 euro tot 40.000 euro

Ik wil GRATIS juridisch advies en bijstand

Herhaling vluchtmisdrijf met doden of gewonden

Over dit soort zaken kan je meer te weten komen via deze pagina.

Vraag GRATIS ons advies.

Geen nood, wij helpen je graag verder om je strafmaat zo laag mogelijk te houden.

Wist je dat in 80% van de gevallen dit zelfs gratis is? Vaak zit dit bij in je autoverzekering en betaal je dus helemaal niet voor onze bijstand bij de politierechtbank.
Contacteer ons nu door op onderstaande knop te drukken.

Ik wil GRATIS juridisch advies en bijstand

WET VAN 16 MAART 1968 BETREFFENDE DE POLITIE OVER HET WEGVERKEER

Artikel 33

§ 1. Met gevangenisstraf van vijftien dagen tot zes maanden en met geldboete van 200 euro tot 2.000 euro of met een van die straffen alleen wordt gestraft:

1° elke bestuurder van een voertuig of van een dier die, wetend dat dit voertuig of dit dier oorzaak van, dan wel aanleiding tot een verkeersongeval op een openbare plaats is geweest,

2° hij die wetend dat hij zelf oorzaak van, dan wel aanleiding tot een verkeersongeval op een openbare plaats is geweest,

de vlucht neemt om zich aan de dienstige vaststellingen te onttrekken, zelfs wanneer het ongeval niet aan zijn schuld te wijten is.

§ 2. Heeft het ongeval voor een ander slagen of verwondingen tot gevolg gehad, dan wordt de schuldige gestraft met gevangenisstraf van vijftien dagen tot drie jaar en met een geldboete van 400 euro tot 5.000 euro of met een van die straffen alleen en met het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig voor een duur van ten minste drie maanden en ten hoogste vijf jaar of levenslang.

Heeft het ongeval voor een ander de dood tot gevolg gehad, dan wordt de schuldige gestraft met gevangenisstraf van vijftien dagen tot vier jaar en met een geldboete van 400 euro tot 5000 euro of met een van die straffen alleen en met het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig voor een duur van ten minste drie maanden en ten hoogste vijf jaar of levenslang.

Het herstel van het recht tot sturen is afhankelijk van het slagen voor het theoretisch examen, het praktisch examen en het psychologisch onderzoek bedoeld in artikel 38, § 3, eerste lid.

§ 3. 1° Met een gevangenisstraf van een maand tot vier jaar en met een geldboete van 400 euro tot 5 000 euro of met een van deze straffen alleen, wordt hij gestraft die, na een veroordeling met toepassing van artikel 33, § 1 of 33, § 2 binnen drie jaar te rekenen van de dag van de uitspraak van een vorig veroordelend vonnis dat in kracht van gewijsde is gegaan een van de bepalingen van artikel 33, § 1 overtreedt.

2° Hij die, na een veroordeling met toepassing van artikel 33, § 1, of 33, § 2, binnen de drie jaar te rekenen van de dag van de uitspraak van een vorig veroordelend vonnis dat in kracht van gewijsde is gegaan artikel 33, § 2, overtreedt wordt gestraft met een gevangenisstraf van een maand tot acht jaar en met een geldboete van 800 tot 10 000 euro, of met een van deze straffen alleen.

Ik wil GRATIS advies